De Rotterdamse wijk 110-Morgen ondergaat een metamorfose. Eén van de hoogtepunten zijn drie woonblokken aan de Orionstraat. Met natuurlijke materialen als baksteen, keramische blokken en houtelementen hebben deze naoorlogse flats een ruime, moderne jas gekregen. Maar de belangrijkste innovatie ligt verscholen achter de gevel: een lichtgewicht systeem van keramische binnenmuurblokken maakt een extra woonlaag op de bestaande constructie mogelijk.
In de jaren 50 van de twintigste eeuw werd in Rotterdam de wijk 110-Morgen aangelegd. Ingeklemd tussen de deelgemeenten Schiebroek en Hillegersberg en opgetrokken zoals zoveel typisch naoorlogse arbeiderswijken: met in stempelstructuur gebouwde lage flats en eengezinswoningen in systeembouw. Hoewel de wijk goed is onderhouden, sluit de woningvoorraad vandaag de dag niet meer aan op de vraag. Er is in 110-Morgen behoefte ontstaan aan meer ouderen- en grondgebonden woningen. Ook de toegenomen parkeerdruk en de aansluiting tussen de complexen onderling vragen om een oplossing. De naoorlogse woningen zijn na 50 jaar bovendien gedateerd.
Een stad in het nieuw gestoken
Daarom vindt er momenteel een grote herstructurering plaats. Door middel van sloop, herbouw en renovatie wordt de wijk aangepast aan de hedendaagse wooneisen. Het stedenbouwkundig plan hiervoor is van architect Roelf Steenhuis. Steenhuis: “De nieuwe bebouwing is met respect voor de grammatica van de verkaveling zorgvuldig ingepast in de oorspronkelijke structuur. De wijk is per complex aangepakt. De laagbouw strokenverkavelingen die nu weggestopt zijn achter flats, zijn sterk uitgebreid. In plaats van de lange flatwanden die de laagbouw afsloten, zijn nieuwe hoogteaccenten gekoppeld aan het centraal gelegen Minervaplein. Aan de westzijde is de oorspronkelijk afsluitende wand vervangen door transparante bebouwing. Aan de drukkere zuidrand is een meer afsluitende bebouwing gerealiseerd.”
In de oude luister hersteld
De Orionstraat neemt een centrale plek in binnen de wijk en was in de eerste jaren het paradepaardje van 110-Morgen. In die tijd gebeurde het zelfs vaak dat een inspecteur van de woningbouwvereniging eerst controleerde of toekomstige bewoners wel schoon en netjes genoeg waren, voordat ze een woning toegewezen kregen. Met het verstrijken der jaren is de kwaliteit van de woningen echter teruggelopen. In opdracht van Bouwvereniging Onze Woning worden de drie woonblokken aan de Orionstraat daarom nu via een renovatie in oude luister hersteld door het Rotterdamse aannemingsbedrijf Bouwservice Buskoop. De opdracht hierbij was niet enkel renoveren. Om het draagvlak voor de voorzieningen in de wijk te vergroten, wilde Onze Woning ook het aantal woningen in de complexen uitbreiden. De eerste vraag die Bouwservice Buskoop werd gesteld, was daarom of er rendabel opgetopt kon worden of dat sloop en nieuwbouw de enige optie was. Om deze vraag te beantwoorden schakelden zij de hulp in van adviesbureau ABT uit Delft.
Quickscan voor hergebruik gebouwen
Willem Klaverveld werkt hier als projectingenieur constructies. “De architect sprak oorspronkelijk over het overkluizen van het complete gebouw. Bij oude panden die hun constructieve grenzen hebben bereikt is dit weliswaar een vrij gebruikelijke methode, maar zeker niet de voordeligste. Het scheelt flink in het budget als het extra gewicht van een woonlaag door de constructie zelf gedragen kan worden. Om te bepalen of dit mogelijk was, hebben we allereerst een quickscan gemaakt van het bestaande pand.”
Gebouwen bereiken steeds sneller het einde van hun functionele levensduur, terwijl ze constructief vaak nog in orde zijn. Voor vrijwel elk gebouw geldt dat sommige kenmerken en de locatie gunstig zijn voor herbestemming of hergebruik, terwijl anderen een obstakel vormen. “Aan de hand van onze ‘quickscan hergebruik gebouwen’ onderzoeken we of een gebouw nog geschikt is voor een tweede leven”, legt Klaverveld uit. “Deze scan geeft concreet antwoord op de twee belangrijkste vragen: welke nieuwe functies zijn er mogelijk in een gebouw en wat zijn hiervan de kosten? Hiervoor inventariseren en analyseren we in korte tijd de conditie en kwaliteit van het gebouw en de locatie met betrekking tot geldende wet- en regelgeving.”
“Sinds enkele jaren hebben we in Nederland de beschikking over NEN 8700 bestaande bouw waarmee we in staat zijn bestaande gebouwen rekenkundig te toetsen. Dit vereist echter dat de constructeur voldoende kennis en ervaring heeft van oude bestaande constructies. De krachtwerking van een constructie moet wel goed beoordeeld worden!”
Lichtgewicht optoppen mogelijk
De woonblokken aan de Orionstraat zijn op zes punten tegen het licht gehouden; er is gekeken naar de inbouw, installaties, locatie, toegangen, draagconstructie en gebouwschil. De nadruk lag hierbij vooral op de draagconstructie. “We hebben het gebouw hier op drie hoofdpunten onderzocht, de conditie, de kwaliteit en de regelgeving. Hieruit bleek dat de vloeren van het type ‘Cusveller’ waren. Dit is een systeem dat na de Tweede Wereldoorlog toegepast werd zonder constructieve restcapaciteit. Voor dit type bouw is dit niet ongebruikelijk: er lag immers een enorme bouwopgave die met een beperkt budget moest worden gerealiseerd. Dit heeft gevolgen gehad voor de renovatie. Er was onvoldoende rek om aan de vraag naar vloerverwarming en plavuizen te kunnen voldoen. De fundering bleek gelukkig wel over een flinke reservecapaciteit te beschikken. De optie om een verdieping erop te plaatsen was er, mits deze licht uitgevoerd werd.”
Metselwerk, vaak de favoriete oplossing van aannemers, was hierdoor uit den boze.”Kalkzandsteen heeft een gewicht van zo’n 2.000 kilo per kuub. Veel te veel dus voor de bestaande fundering”, vertelt Klaverveld. “Houtskeletbouw kan daarentegen bijna geen drukkracht opnemen en is daarom constructief niet geschikt.” Klaverveld zocht een tussenoplossing die licht genoeg was én voldoende drukkracht aan kon. Hij kreeg hierbij hulp van diverse ontwerpwijzigingen. “Alle bestaande gevels en binnenspouwbladen zijn bij de renovatie verwijderd. De voorgevel is daarnaast vervangen door grote kozijnen van vloer tot plafond. Glas weegt minder dan steen. Hierdoor ontstond ruimte om voor de binnenspouwbladen en scheidingswanden op de eerste drie bouwlagen te kiezen voor Porotherm Poriso keramische binnenmuurstenen.
Deze combineren een laag gewicht met een hoge druksterkte. Dit product was bovendien ideaal voor de dragende en niet-dragende wanden van de extra woonlaag.” Ook is het mooi meegenomen dat deze wanden gunstige akoestische eigenschappen bezitten.
Glorie van weleer herleeft
Met behulp van de Porotherm Poriso binnenmuurstenen zijn de gestripte woonblokken opgebouwd naar de normen van deze tijd en konden per blok vier woningen extra gerealiseerd worden bovenop de bestaande constructie. Naast het optoppen is in elk woonblok aan de Orionstraat een lift geplaatst, zodat het ook geschikt is voor senioren. Ieder appartement is daarnaast aan de achterkant 2,5 meter uitgebouwd en voorzien van een balkon om aansluiting te vinden met de woonwensen van vandaag.
Door te kiezen voor hoogwaardige en lichtgewicht materialen hebben deze drie verouderde flats een extra bouwlaag en een nieuw uiterlijk gekregen. De glorie van weleer is hierdoor teruggekeerd in de wijk. Huishoudens staan weer te trappelen om de woonblokken aan de Orionstraat tot hun thuis te maken. Klaverveld: “Zeker in deze tijden van herstructurering en groeiende leegstand loont het om buiten de bestaande kaders te zoeken naar bijzondere oplossingen. We weten uit ervaring dat de innovaties van vandaag de beproefde methoden van morgen zijn. Hier bood innovatie de kans om te kiezen voor optoppen in plaats van overkluizen. En dat heeft op een relatief goedkope manier tot een geweldig resultaat geleid.”
Dit artikel is eerder verschenen in Wienerberger Vision, het inspiratiemagazine over keramisch bouwen van Wienerberger.
De headerfoto ‘Zwolle, renovatie‘ valt onder het copyright van Energiesprong.
Leave a Reply